Geschreven door admin 10:01 Artikelen

Zeehonden in de Waddenzee

Zeehonden zijn de bekendste bewoners van de Waddenzee. Daar waar ze vroeger bedreigd werden vanwege de jacht en vervuiling gaat het tegenwoordig goed met de zeehond. De kans is dan ook groot dat je een gewone of grijze zeehond op Terschelling kan tegenkomen. Ies Akkerdaas, dierenarts én zeehondenwachter op Terschelling, vertelt je meer over deze strand- en zeebewoners en de hulp die je kan geven wanneer zij in nood zijn.  

DE TWEE SOORTEN 

Niet iedereen weet dat er in Nederland twee soorten zeehonden leven. De gewone en de grijze zeehond. De gewone zeehond komt het meest voor in Nederland. Dit is voor velen dé soort waar ze aan denken bij het woord zeehond. Met een ronde kop, een stompe snuit vol snorharen en grote donkere ogen. De kop lijkt in de verte wel iets weg te hebben van de kat. Ze komen in de hele Waddenzee voor, met name in de buurt van relatief rustige zandbanken of natuurgebieden.  

De andere soort is de grijze zeehond. Het grootste roofdier van Nederland! Vrouwtjes worden zo’n 2 meter lang en 200 kilo, mannetjes kunnen wel 2,5 meter worden en 300 kilo wegen. Een duidelijk verschil met de gewone zeehond is de vorm van de kop. Deze is bij een grijze zeehond namelijk een stuk spitser. De neusgaten staan uit elkaar en daarmee lijken ze wat meer op een hond. Toepasselijk genoeg is de letterlijke vertaling van hun Latijnse naam (Halichoerus grypus) “het haakneus varken van de zee.”  

Deze soort kwam lange tijd niet meer voor in Nederland. In 1985 werd er voor het eerst weer een pup geboren. Dat was een bijzonder moment, want sinds de middeleeuwen waren de grijze zeehonden uitgestorven in Nederland. Ies Akkerdaas kan je hier meer over vertellen.  

WIE IS IES? 

Ies Akkerdaas werkte ruim 25 jaar als dierenarts en anesthesist (een specialist in narcose en verdovingen) aan de Universiteit van Utrecht. Ze gaf anesthesie onderwijs aan studenten, was hoofd  van de operatiekamers en deed ook onderzoek. Tijdens haar loopbaan heeft ze vele verschillende diersoorten onder narcose gebracht. Vooral honden en katten, maar ook beren, tijgers en zeehonden.  

OPVANG OP TERSCHELLING 

Ies ging in 2019 met pensioen en besloot op Terschelling te gaan wonen. Daar wilde ze graag vrijwilligerswerk gaan doen en ze meldde zich in het najaar van 2018 aan bij de zeehondenopvang. Ze gaf aan dat ze ervaring had als dierenarts en ook eerder met zeehonden gewerkt had, al was dat alleen op de operatietafel. Het klikte en Ies werd al snel benoemd tot hoofd van de zeehondenopvang op Terschelling. Deze was in 2017 opgericht door Hessel Wiegman. 

Via het vrijwilligerswerk raakte ze betrokken bij de totstandkoming van het Zeehondenakkoord (de regelgeving met betrekking tot zeehondenopvang, zie uitleg verderop). “Door de aangescherpte regelgeving werd ook duidelijk dat de zeehondenopvang moest sluiten”, zegt Ies. “Het was financieel simpelweg niet haalbaar en er was ook een te kort aan vrijwilligers. We besloten de opvang op Terschelling te stoppen en ons aan te sluiten bij Zeehondencentrum Pieterburen.”  

SAMENWERKING MET ZEEHONDENCENTRUM PIETERBUREN 

 “De beslissing wat er moet gebeuren met een gemelde zeehond ligt altijd bij Zeehondencentrum Pieterburen. Als ik bij een zeehond ga kijken, dan bel of app ik met hun strandingscoördinator. Ik vertel hoe het dier erbij ligt en stuur foto’s of video’s door. Zo krijgt diegene een goed beeld van de gezondheid van een dier. Vervolgens overlegt de coördinator met een dierenarts om de keuze te maken of een zeehond wel of geen opvang nodig heeft.”  

Er zijn vier opties bij een gemelde zeehond: we grijpen niet in; we helpen het dier op locatie; we markeren hem en hij komt in observatie; of we brengen hem direct naar de opvang.” Als opvang nodig is, dan gebeurt dat in Pieterburen. De zeehond mag gratis mee op de boot van Rederij Doeksen. “Het kan natuurlijk gebeuren dat we de laatste boot van die dag missen. Daarom wilde ik graag een plekje op Terschelling hebben als noodopvang om zeehonden tijdelijk op te kunnen vangen. Soms zijn de pups onderkoeld en uitgedroogd. Zij kunnen de nacht in een verwarmde ruimte doorbrengen en ik kan hen vloeistof geven.” De strandingscoördinator zorgt ervoor dat de zeehond de volgende ochtend in Harlingen wordt opgehaald en naar het opvangcentrum wordt gebracht. 

ZEEHONDEN IN DE PROBLEMEN 

Wat voor problemen bij zeehonden Ies tegenkomt op het strand verschilt per seizoen. De gewone zeehonden worden in juni en juli geboren en de pups kunnen door storm of een andere reden hun moeder kwijtraken. In hun eerste levensjaar krijgen veel last van een parasiet: de longworm. Deze worm nestelt zich in de longen en zorgt voor ademhalingsproblemen. In ernstige gevallen raakt een zeehond zo uitgeput, dat hij niet meer kan jagen. Zo wordt hij dan ook vaak op het strand gevonden.  

De grijze zeehondpup wordt geboren rond december en januari. Ze hebben dan een dikke witte wintervacht die hen beschermt tegen de kou. De moeder baart de pup op het strand, omdat deze vacht nog niet geschikt is om mee te zwemmen. “Op Terschelling hebben de grijze zeehonden vaak vaste plekken waar ze dat doen. Soms liggen er wel vier of vijf moeders met hun pups bij elkaar!” Daarnaast hebben grijze zeehonden een nieuwsgierig en speels karakter. Hierdoor is de kans groter dat ze verstrengeld raken in visnetten of ander materiaal. Deze gewonde zeehonden hebben direct hulp nodig. 

Vaak worden de zeehonden gemeld door strandgangers. “Soms bellen ze met 144, andere keren bellen ze direct met een zeehondenwachter of een opvangcentrum. Hier op Terschelling hebben we 6 zeehondenwachters en het eiland is ingedeeld in drie regio’s. Zelf houd ik het midden van Terschelling in de gaten.”  

Voor alle situaties geldt hetzelfde: opvang is een laatste redmiddel. “Wanneer mensen in de buurt  komen van de dieren maak je ze vooral zenuwachtig en gestrest. Moeders laten hun pup in de steek en zieke zeehonden hebben nog minder energie om te herstellen. We willen vooral rust en ruimte geven aan de zeehonden.”  

ZEEHONDENAKKOORD EN ZEEHONDENWACHTERS 

Tot 2020 was er geen eenduidig beleid over het opvangen van zeehonden. Het zorgde voor grote verschillen tussen zeehondencentra onderling. Mede daardoor werd in 2020 het Zeehondenakkoord getekend. Met als doel een ander uitgangspunt: “voorkomen als het kan, opvangen als het moet”. Hiermee willen we rust voor wilde zeehonden waarborgen. Daarom staat er onder andere in dat het voor omstanders verboden is om zelf in te grijpen bij het zien van een zeehond. Alleen gecertificeerde zeehondenwachters mogen een zeehond benaderen. Dat certificaat behalen ze door de zeehondenwachterscursus succesvol af te ronden.  

Ies was bij de ontwikkeling van deze cursus betrokken als projectleider. “Het doel was om een opleiding te maken voor alle zeehondenwachters, zodat iedereen op dezelfde wijze werkt. Ook moeten we de zeehond niet meer zien als een bedreigd en hulpbehoevend dier, maar juist als een vaste bewoner van het kustgebied.” De zeehondenwachters spelen hier een belangrijke rol in.  

“Zeehondenwachters doen meer dan alleen hulp geven aan zeehonden. Ze kunnen ook de omstanders informeren. De kans is groot dat dit de eerste keer is dat zij een zeehond tegenkomen op het strand en allerlei vragen hebben. Dan moet je kunnen uitleggen wat normaal is en wat niet. Ik vind de erkenning voor de zeehondenwachter dan ook heel belangrijk. Mensen moeten weten dat een zeehondenwachter kennis van zaken heeft en weet wat hij zegt en doet. Daar heeft hij immers een opleiding voor gevolgd.”  

Sinds het voorjaar van 2022 zijn de eerste gecertificeerde zeehondenwachters actief. De meeste van hen zijn dezelfde vrijwilligers die hiervoor al voor het opvangcentrum werkten. Op Terschelling zijn op dit moment twee nieuwe zeehondenwachters in opleiding als zeehondenwachter. Zij hebben de theorie afgerond en moeten nu alleen nog het praktische deel halen. 

WAT DOE JE BIJ EEN ZEEHOND IN HET WILD? 

Dus, wat kun jij doen wanneer je een zeehond in het wild tegenkomt? Ten eerste, houd voldoende afstand. Minimaal 30 meter, maar het liefst zelfs meer. Houd ook je hond aan de lijn. Dichtbij een zeehond komen is gevaarlijk. Het zijn roofdieren die gemeen kunnen bijten, en ook kunnen ze ziekten bij zich dragen. Wil je ze een keer in het wild spotten, neem dan een verrekijker mee. Maak je je toch zorgen over de gezondheid van een zeehond? Bel dan met 144, of een zeehondenopvang in de buurt. Zij zullen ervoor zorgen dat een zeehondenwachter bij de zeehond gaat kijken en gepaste actie onderneemt.  

(Visited 106 times, 1 visits today)