Vrijdagmiddag 23 aug. met mijn rollator door de storm lopend op de Molenweg richting Formerum wil ik linksaf naar de Molkenbosweg maar wordt door een van linksachter komende fietser klemgereden. Klein verkeersprobleempje denk ik en zeg hem voor te gaan. Hij zegt iets over het van andermans eigendommen afblijven en ik beaam dat al vond ik het op die plaats wel een wat merkwaardig gespreksonderwerp. Maar hij zegt het nog eens en nu duidelijk beschuldigend aan mij persoonlijk gericht. Ik vraag wat hij daarmee bedoelt en terwijl hij omkeert om weg te fietsen krijg ik een boos “dat weet je heel goed”. Ik kan hem nog net vragen waar ik dan aan gezeten heb en hij roept hard doorfietsend “denk daar maar eens goed over na”. Pas achteraf bedenk ik dat hij van achter me kwam en weer terugging. Geen toevallige voorbijganger dus maar hij heeft me gevolgd , klemgereden en van iets beschuldigd. De man een blonde sportieve veertiger schat ik is dan toch wel raar van het padje want waarom niet naar de politie als ik in zijn optiek iets vreselijks gedaan zou hebben. De man maakte niet de indruk van een gestoorde en ik denk dat hij me verwart met iemand anders. Maar intussen heeft me wel opgezadeld met een raadsel dat aan me blijft knagen. Ik kan me zelfs in m’n fantasie niet een situatie herinneren waarin dan misschien onbedoeld iets aangeraakt, beschadigd of meegenomen zou hebben.